vrijdag 2 juni 2017

Wiel Kusters 70 - Cossee geeft zijn verzamelde gedichten uit.


Om Wiel Kusters te feliciteren en meteen zijn verzamelde gedichten aan te schaffen ben ik naar Maastricht gereisd voor de feestelijke presentatie in Boekhandel de Tribune. We hebben elkaar even de hand mogen schudden. Maar het was er zo druk - en zeer terecht - dat er afgezien van van harte gewenste felicitaties er nauwelijks sprake kon zijn van zinnig een woord wisselen. 
Schoolstraat Spekholzerheide

Wiel Kusters is niet ver van mij opgegroeid in de Schoolstraat van Spekholzerheide. Spekholzerheide, het mijnwerkersdorp dat Nescio in Dichtertje in één adem noemt met Surhuisterverveen. Wiel Kusters is net als ik een mijnwerkerszoon, Maar daar houdt de vergelijking op. Kusters is dichter en wetenschapper. Wie zijn Bewaarmachine beluistert op het bijgevoegde plaatje hoort een dichter met een voor mij typische zuidelijk stemgeluid. Een geluid wat me dierbaar is, dat me vertelt van mededogen met de schepping. Maar dat ik zelf ontbeer. Zie de foto hier beneden van het station in Spekholzerheide: dat is meer wat mij restte van de mijnstreek. Hoewel ik hoop iets meer humor te hebben.


Ik hou van Kusters werk, omdat het zich kenmerkt door wat onze arme aarde - en daarmee ook mijn eigen werk - zo vaak ontberen moet: een zacht stemgeluid. Een geluid dat gehoord moet blijven, een geluid dat niet mag verstommen. Een geluid dat je eraan herinnert waar dichtkunst over gaat: precisie in observatie, zeggingskracht in een vorm die past, de betovering van taal. 
     

1 opmerking:

Anoniem zei

Het is jammer dat je niet tot het laatste bent gebleven toen Wiel eindigde met het voordragen in het Kerkraads van een gedicht over zijn dode oma. Veel mensen waren de warmte ontvlucht en de versterker deed even zijn best zodat voor alle aanwezigen het zachte stemgeluid hoorbaar was.