Vandaag is de uitvaart van Diny Voogd (1 mei 1947 - 5 januari 2015). Zij was meer dan dertig jaar een van de drijvende krachten achter de Stichting Jazz in Groningen én als zodanig mijn eerste werkgever. Ik moest aan haar wennen, zij hoogstwaarschijnlijk ook aan mij. Maar ze gaf me alle ruimte die ik nodig had om de dingen op mijn manier te doen.
Diny was iemand op wie je kon bouwen, een harde werkster, die wanneer het tegenzat niet een twee drie losliet. Ook had ze een fijn gevoel voor de ironie van het bestaan. Zo kon ze er hartelijk om lachen dat zij - als liberaal in hart en nieren - al die jaren gedwongen was haar verjaardag op de socialistische dag van de arbeid te moeten vieren.
De laatste jaren zagen we elkaar alleen nog maar op concerten, maar de zoenen die we wisselden kwamen nog altijd van harte. De laatste keer, bij een concert van Michael Moore - Diny was toen al heel ernstig ziek - zei ze me dat wanneer ik in haar gedachten kwam, dat ze daar wel blij van werd. Zo is het ook van mijn kant. Daarom doe ik een van haar laatste wensen maar al te graag gestand: aan haar denken met een glimlach.
Haar goede vrienden Fiebko en Ineke Flik drukten in het Dagblad van het Noorden de bovenstaande tekst van Charles Mingus af. Zo toepasselijk. Tot straks.