De keuze van de criticis: Kester Freriks.
Nora Kretz en Rosa da Silva
foto: Sake Elzinga
ROODPALEIS
Mijn liefde is een koorts
DE ONVERWOESTBARE KRACHT VAN LIEFDESKOORTS
13 juni 2021
Gezien op 12 juni 2021, Stefanuskerk, Beilen
‘De dood is niet het ergste, het zijn de mensen’, zegt de ruim tachtigjarige vrouw Susan keer op keer. Zij woont in Drenthe, heeft een innige band met haar stiefkleindochter Sonja en ze beseft dat de dood haar wacht. Met een prachtige, zelden zo mooi getoonde mengeling van nieuwsgierigheid en berusting bereidt ze zich voor en zoekt ze alvast de muziek uit, Mozart. Actrice Nora Kretz (86) vertolkt in de locatievoorstelling Mijn liefde is een koorts Susan. Ze doet dat met een weergaloze distinctie en glasheldere tekstbehandeling.
Regisseur Betsy Torenbos, die de tekst samen schreef met dramaturg Jo Willems, liet zich inspireren door sonnet 147 van Shakespeare, ‘My love is as a fever…’, vertaald door Bas Belleman, die voor de vertaling van alle 154 sonnetten onlangs werd bekroond met de Filter Vertaalprijs. Tot locatie dient de geheel gerestaureerde middeleeuwse Stefanuskerk in Beilen, een gewijde plek én sinds de restauratie ook een nieuw Drents cultuurpodium. De koele, witte entourage, met doorschijnende gordijnen tussen het middenschip en het koor, past bij de ernst van de voorstelling.
Inzet is de angst voor de pandemie, die maart vorig jaar voor een lockdown zorgde. Kleindochter en zangeres Sonja, toegewijd vertolkt door Rosa da Silva, probeert haar grootmoeder ertoe te bewegen bij haar in huis te komen wonen: straks grijpt het virus zo om zich heen, dat Susan nooit meer bezoek mag ontvangen. Maar Susan wimpelt het aanbod af. Ze maakt zich geen zorgen. De videoboodschap die ze recent ontving van haar oude liefde Eddy (Dennis Rudge) roept in haar de vurige, fysieke passie terug die ze ooit in de jaren tachtig met hem beleefde. Brieven die op haar bed dwarrelen zijn uit New York afkomstig en getuigen van die hartstocht, van die Shakespeareaanse liefdeskoorts die zich door niets laat bedwingen.
De voorstelling is rijk aan taal, beweging en muziek. Kretz begeleidt zichzelf op de piano en zingt behalve ‘You Are The Sunshine Of My Life’ ook Shakespeares ultieme liefdessonnet (correctie: hier vergist Kester Freriks zich helaas; Rosa da Silva zingt zowel het Drents sonnet in de vertaling van Martijje Lubbers als ook de Fado), op muziek gezet door Bob Zimmerman. Een zogenoemd ‘fluisterkoor’ versterkt de gewijde sfeer, alsof de spelers – afkomstig uit Midden-Drenthe – de stille rouwenden zijn rondom Susan. Op deze manier is de voorstelling, gemaakt onder verantwoordelijkheid van theatergezelschap ROODPALEIS, waarvan Torenbos artistiek leider is, ook een community-art project.
Susan draagt het geheim van een verre en voorbije, grote liefde met zich mee. Dat maakt haar dramatisch interessant. Tegenspeler Da Silva probeert dat geheim te ontraadselen. Als zij ontdekt dat Shakespeares liefdesgedicht óók het gedeelde vers is van Susan en Eddy ontsteekt ze in woede, ze wordt ‘hellig’ zoals ze het noemt. Met haar dynamiek en dans vormt ze een tegenpool voor de superieur beheerste Susan.
Dat de liefdesgeschiedenis van oma Susan een echte waarheid is, zoals Kretz in Dagblad van het Noorden (9 juni 2021) liet weten, maakt de voorstelling in artistiek opzicht niet minder knap, maar geeft wel een herkenbare dimensie. En wie ooit Kretz zag schitteren in voorstellingen door Zuidelijk Toneel Globe in soms geruchtmakende regies van Gerardjan Rijnders, krijgt er toneelhistorie bij. Zo is Mijn liefde is een koorts theater dat niet alleen gaat over de eenzaamheid als gevolg van de lockdown, het gaat ook over de bevrijding van een geheim verleden. Dat geheim draagt Susan nu niet langer alleen met zich mee.
Zittend van links naar rechts: Betsy Torenbos, Nora Kretz, Rosa da Silva
Staand van links naar rechts: Martijje Lubbers, Bob Zimmerman, Bas Belleman
Voorstellingen als Mijn liefde is een koorts zijn niet mogelijk zonder die hartverwarmende tomeloze inzet van al die medewerkers voor en achter de schermen die maar zelden de theaterkoppen halen. Daarom wil ik ze hier noemen en bedanken: Dennis Rudge (video Eddy Wilson), Bart van de Brink (soundscape), Anita ter Veld (productie locatie en Covid-19), Tamara Boor (marketing en publiciteit), Sara Pelupessy (multimedai en visual design; stagiaire), Yuksel Ficici (MY Facilities), Hans Kaldeway (instudering Fluisterkoor), Elise van der Laan (coach Fluisterkoor), Jurjen van Wees (licht, audiocues), Rutger Dekens (video), de leden van het Fluisterkoor: Tecla Bugel, Renske Delamore, Wiert Drent, Piet Faber, Pam Goosen, Jantje Hoving Meertens, Jan Hoving, Sjoerd de Jong, Janette Kinds, Minou Otten, Dorette Posthumus, Ina Roelfsema, Hendrik Jan Talens. Verder nog: Sake Elzinga (fotografie), Paul Pattynama (webdesign), Jan Marcel Lunenborg (techniek Stefanuskerk), Jan Drogt en Gerrie Kreuze (Stichting Stefanuskerk), Rien Wilems en Jan Westerhuis (vervoer vrijwilligers), begeleidingsmusici van het sonnet: Marco Ludemann (mandoline), Paul van Utrecht (Spaanse gitaar), Paul Pleijsier (akoestische gitaar), Joep Lumey (contrabas), Eddy Koopman (vibrafoon), Joris Wolff (opnameleiding Power Sound Studio Amsterdam), Johanne Wesses en Carla Loggen (voorstellingsbegeleiding) en al die anderen die ik misschien hier vergeet,