maandag 7 september 2015

ROODPALEIS - Mensen die ik gekend heb van Jan Fabricius

ROODPALEIS anno 2015
Alina Kiers, Betsy Torenbos, Ben Smit en blogger

Vorige week was de eerste repetitie van Mensen die ik gekend heb - een voorstelling van ROODPALEIS rond de verhalenbundel van die naam van Jan Fabricius en diens autobiografische notities uit Een Asser jongen.

Een enigszins moeilijk grijpbare man, die Jan Fabricius. In zijn geschriften is het bijna altijd tongue in cheek. Komt dat omdat hij zo lang in Engeland geleefd heeft? Of is het toch meer, omdat hij als theaterman ten lange leste niet die erkenning heeft gekregen op welke hij gehoopt had? Tussen 1900 en 1920 was hij samen met Heijermans de meest gespeelde auteur op de Nederlandse podia. 
Betsy Torenbos
hart en ziel van ROODPALEIS

Tijdens het lezen van ons nieuwe stuk (waar ik nog altijd aan verder werk) duiken Betsy Torenbos, Alina Kiers, Ben Smit en ik dieper in de verhalen van deze 'reus', zoals zijn beroemde zoon Johan hem noemde. Juist dat ongrijpbare krijgt door dat dieper graven aldoor meer fascinerende facetten. Vooral zijn humanistische kijk op het leven.

Zeker, Fabricius houdt ervan grappige verhalen te vertellen. Maar wanneer de duistere zijden van het leven ter sprake komen, dan raakt hij. Zoals bij Cleveringa, een jonge soldaat die geëxecuteerd wordt, puur en alleen om een voorbeeld te stellen. Fabricius was er die ochtend bij, in Nederlands-Indië.    

Morgen hebben we de tweede leesrepetitie in De Nieuwe Kolk. Ik zie er naar uit. 

Geen opmerkingen: